Hoe werkt het passend onderwijs?

Voor het vinden van een passende onderwijsplek gaan de ouders en leerling in gesprek met de school. Ze bespreken welke extra ondersteuning gewenst en mogelijk is op school. Het kan zijn dat een leerling nog niet op het voortgezet onderwijs is gestart of al langer op het voortgezet onderwijs zit wanneer deze gesprekken plaatsvinden.

Nog niet gestart op voortgezet onderwijs 

Overgang van basisonderwijs naar voortgezet onderwijs

De overstap van de basisschool naar het voortgezet onderwijs is een grote stap voor een leerling. Een goede schoolkeuze is belangrijk. Er zijn afspraken in de regio gemaakt over de overdracht van leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Zo legt de basisschool op tijd contact (vanaf groep 7) met de school van voorkeur voor een goede overdracht. Het is de taak van de basisschool om in de overdracht aan te geven welke ondersteuning gewenst is. De school voor het voortgezet onderwijs beoordeelt wat er gewenst en mogelijk is en zorgt dat er direct bij de start op school passende ondersteuning geregeld is. Vragen over de overstap kunnen ouders stellen aan de intern begeleider of leerkracht van de basisschool.

Meer informatie over basisondersteuning

Op het voortgezet onderwijs

Wanneer een leerling op het voortgezet onderwijs problemen ervaart, kunnen ouders en leerlingen dit bespreken met de mentor. Soms kan extra inzet van de mentor al voldoende helpen, maar soms is aanvullende hulp nodig. De mentor houdt hierover contact met de ouders. Bij aanvullende hulp legt de mentor de vraag voor aan het ondersteuningsteam van de school. Dit team bestaat uit een ondersteuningscoördinator, maatschappelijk ondersteuner, leerlingbegeleider-/coach. Het ondersteuningsteam geeft advies over de benodigde ondersteuning en monitort de voortgang. Afhankelijk van de benodigde hulp wordt door de school ook contact gelegd met de samenwerkingspartners. 

Meer informatie over extra ondersteuning

Voortgezet speciaal onderwijs

Het kan ook voorkomen dat er meer ondersteuning nodig is voor een leerling dan op de reguliere school voor voortgezet onderwijs geboden kan worden. Dan legt de school contact met de Adviescommissie Toelaatbaarheid (ACT) van het samenwerkingsverband. De Adviescommissie Toelaatbaarheid (ACT) geeft advies en beoordeelt:

  • aanvragen voor arrangementen voor de inzet van trajectbegeleiding*
  • tijdelijke deelname bij de OPDC Boost!** in de regio 
  • een verwijzing naar het voortgezet speciaal onderwijs. 

De ACT van het samenwerkingsverband beoordeelt of voortgezet speciaal onderwijs passend is. Wanneer een verwijzing voor voortgezet speciaal onderwijs nodig is, vraagt de school dit aan. 

*Trajectbegeleiding: hierbij kijkt het samenwerkingsverband mee naar de benodigde extra ondersteuning die voor een leerling nodig is.

** OPDC: orthopedagogisch didactisch centrum (Boost!). In het kleinschalige OPDC kunnen leerlingen tijdelijk terecht wanneer het leren op school niet goed gaat, met als doel terug te keren naar het voortgezet onderwijs of een andere passende plek.

Meer informatie over speciaal onderwijs